Kenmerk De fitis en tjiftjaf zijn tweelingsoorten, dat wil zeggen, dat ze uiterlijk zeer op elkaar lijken. Ze zijn wel te onderscheiden door de zang. Deze is bij de fitis muzikaal, vloeiend en aflopend, terwijl bij de tjiftjaf de zang bestaat uit het herhaaldelijk roepen van tjif-tjaf. Fitissen hebben een grijsgroene rug, gelige onderzijde, witte oogstreep en doorgaans lichte poten. De lichaamslengte bedraagt 11 tot 12 cm. Het op de grond gebouwde nest heeft een kleine vliegopening, waardoor de eieren nauwelijks zichtbaar zijn. De binnenbekleding bestaat uit een dikke laag veren. De fitis is een trekvogel. Hij overwintert in Afrika ten zuiden van de Sahara, een hele trek dus, en in tegenstelling tot de tjiftjaf die slechts tot het Middellandse Zeegebied trekt en in zachte winters zelfs gewoon helemaal niet wegtrekt. De fitis arriveert begin april in Nederland, duidelijk later dan de tjiftjaf.