Kenmerkend zijn de grijze kleur van de zijhals en het achterhoofd en de lichtgroen-grijze oogring. Vrijwel volledig zwarte exemplaren komen overigens ook voor. Kauwen komen meestal in groepen of paren voor en foerageren vaak gezamenlijk in weilanden en wegbermen, ook binnen de bebouwde kom. De paarband blijft ook binnen een grotere groep waarneembaar. In de groep hebben ze veel geluiden waarmee ze communiceren, van vrolijk kwetteren tot zacht tokkelen. De bekendste roep is hun naam “kauw kauw”. De dieren hebben complexe banden met elkaar en blijven als koppel elkaar trouw voor het leven.