Skip to content →

Papegaaiduiker

De papegaaiduiker  is een opvallende vogel uit de familie van alken. Hij is gemakkelijk te herkennen aan het zwart-witte verenkleed en de grote, tijdens het broedseizoen felgekleurde snavel.
De papegaaiduiker wordt 28 tot 34 cm lang. Hij heeft een vleugelspanwijdte van 50 tot 60 cm en weegt ongeveer 300 tot 700 gram. Hij eet voornamelijk vis. In de winter is de snavel kleiner, in de nazomer verdwijnen de buitenste lagen. Het zijn acht verschillende stukjes en deze ‘plaatjes’ laten soms slechts gedeeltelijk los. Deze is halfcirkelvormig gekromd en staat niet recht vooruit, maar is zijdelings plat neergedrukt met de vlijmscherpe punt naar buiten. De snavel van de juvenielen is ook kleiner dan dat van de volwassen exemplaren. Het voedsel bestaat uit vis, kreeftjes, wormen en schaaldieren. Hij jaagt op open zee. Hij komt voor in het Noord-Atlantisch gebied, waar hij in kolonies broedt in zelfgegraven holen op steile grazige hellingen op rotskusten. Hij overwintert op volle zee, verder van de kust dan andere alken. Papegaaiduikers worden in Nederland en België gerekend tot de zeldzame wintergasten langs de kust. Het jong wordt gevoed met visjes, die soms van grote afstand moeten worden gehaald. De snavel is dusdanig ingericht dat de vogels een flink aantal visjes tegelijk kunnen vasthouden. Op een gegeven moment laten de ouders het kind in de steek. Dit wordt op den duur erg hongerig en gaat buiten een kijkje nemen, richting de zee. Doorgaans vindt dit ’s nachts plaats, ook wel in de schemering. De vogels overwinteren in volle zee. Als ze sterven, zinken ze.
Onderstaande foto’s zijn gemaakt van een uiterst zeldzame dwaalgast die in een sloot in Dordrecht was belandt