Kenmerken: Het mannetje van Rüppells grasmus is hoofdzakelijk grijs, met een zwarte kruin, keel en bovenste deel van de borst. Hij heeft een opvallende witte mondstreep. Het vrouwtje heeft een grijzere kop, die heel licht is tot donker gevlekt. Het mannetje heeft een rode oogring, die bij het vrouwtje bruinrood is. De poten zijn bruinrood, de snavel is vrij lang en dun. De Rüppells grasmus wordt zo’n 12,5 tot 13,5 centimeter groot. Rüppells grasmussen broeden in doornstruiken met in de omgeving enkele bomen op droge, rotsige hellingen, in maquis en in open eikenbossen met dichte bodemvegetatie in de vorm van struiken en dergelijke. Hij nestelt op zo’n halve meter boven de grond, tot boven de 1500 meter boven zeeniveau. Foto’s genomen op het Griekse eiland Lesbos