Een volwassen gier is 95 tot 110 cm lang, gemeten van kop tot staart. De vleugelspanwijdte is 2,4- 2,8 meter. Het gewicht van een volwassen exemplaar bedraagt 6,0 tot 11 kilogram.De vogel is hiermee een van de grootste vliegende vogels ter wereld. Anders dan bij arenden lijkt de kop klein, deze wordt in vlucht naar beneden gekromd. De vale gier is zandkleurig tot donkerbruin van kleur, de kop en de hals zijn wit, evenals de kraag tussen hals en lichaam. De slagpennen (de ‘dragende’ veren op de vleugels waarmee gevlogen wordt) en de staartveren zijn donkerder tot zwart. Jonge exemplaren hebben een bruine kraag en zijn donkerder van kleur.
De vleugels zijn lang en breed, de vleugelpennen doen in vlucht enigszins denken aan vingers. De poten zijn relatief kort. De vale gier legt in de regel maar één ei per jaar. Het ei wordt door beide ouders uitgebroed en het jong blijft tot een half jaar in het nest. Een broedpaar is monogaam en blijft het hele leven bij elkaar. De vale gier is een sociale soort; de vogel broedt in kolonies en jaagt in groepen. De nesten liggen minstens twee meter van elkaar en worden door de ouders fel verdedigd. De vale gier is ook tam te maken, er is een in gevangenschap gehouden exemplaar bekend dat een leeftijd bereikte van 37 jaar.
Met de enorme vleugels legt de gier grote afstanden af, en hoewel de vogels meestal zweven en ze langzaam lijken te vliegen kunnen ze een snelheid bereiken van meer dan 70 kilometer per uur, en honderden kilometers per dag afleggen. De vale gier zweeft op de door de zon verwarmde stijgende luchtstromen en slaat zo min mogelijk met de vleugels om energie te sparen.
De vale gier is een dwaalgast in Nederland en België. Het aantal bevestigde waarnemingen uit de 20ste eeuw is beperkt, slechts 11. Deze groep van 11 vale gieren overnachtte in de Alblasserwaard.